Babi Pangang is een heerlijk Chinees-Indonesisch gerecht, bestaande uit geroosterd varkensvlees in een zoetzure saus. Mager varkensvlees, zoals hamlappen, zijn het minst geschikt voor de bereiding van babi pangang.
Lekker geroosterd varkens vlees met een zachte binnenkant en een knapperige buitenkant. Zoet en zout tegelijk.
Het vlees wordt eerst gemarineerd en vervolgens gebakken of gefrituurd. De saus is een belangrijk onderdeel van babi pangang en wordt gemaakt van tomatenpuree, ketjap, azijn, suiker en kruiden. Het heeft een heel eigen en uitgesproken smaak. Zeker het proberen waard!
Babi pangang zelf maken is niet moeilijk en geniet van dit heerlijke vleesgerecht.
Ingrediënten:
1 kilo in één stuk doorregen speklappen met zwoerd (of buikspek)
2 teentjes knoflook
1/2 theel.lepeltje zout
1/2 theel.lepetje peper
nootmuskaat naar smaak
2,5 cm laos (of een 1/2 theel.lepeltje laos)
1.5 cm gemberwortel (of een 1/2 th. lepeltje djahé/gember poeder)
1 eetl. bruine suiker (palm of rietsuiker)
2 kemiri-noten
olie
1 borrel glaasje jonge jenever (cognac kan ook)
Bereiding:
Boemboes fijn maken en wrijf het vlees of de speklappen goed in met de boemboes samen met een beetje olie. Giet na het inwrijven, voorzichtig, de jenever eroverheen. Laat het ongeveer 1 uur intrekken en leg het vlees dan op een ovenschaal. Verwarm de oven voor op 275 ° C. Zet de schaal met het vlees in de oven en laat het vlees ongeveer 1 á 1 1/2 uur roosteren op 200 á 225 ° C. (niet vergeten af en toe om te draaien)
Het vlees moet dan lekker bruin en knapperig zijn. Als het vlees gaar is, snijd u het in hele dunne reepjes en serveert u er de babi pangangsaus apart bij. Als u geen oven bezit, kunt u het vlees bakken in een braadpan met ongeveer 2 eetlepels plantaardige olie. Bak het vlees goed krokant aan beide kanten.
Eet smakelijk. (Selamat makan)
TIP: Voor de saus kan je HIER kijken.