Weet je wat een kaki lima is?

Een kaki lima is in Indonesië eigenlijk geen restaurant, maar meer een rijdend theater van geuren, geluiden en verrassingen. Het woord betekent letterlijk “vijf poten” – drie van de kar zelf en twee van de benen van de verkoper. Samen dus een soort insect op wielen dat de straat afstruint, altijd op zoek naar hongerige voorbijgangers.

Zo’n karretje is een complete keuken op schroeven en wieltjes. De kok, serveerster, kassière en schoonmaakploeg zijn allemaal één en dezelfde persoon: een man met een grote glimlach, een theedoek over zijn schouder en een mysterieuze vaardigheid om met één hand noedels te wokken terwijl hij met de andere hand kleingeld teruggeeft.

De menukaart? Simpel: of je neemt wat er in de pan zit, of je neemt niets. Toch smaakt het altijd alsof er een Michelinster verstopt zit onder die roestige deksel. De stoelen zijn meestal plastic krukjes die hun beste jaren al hebben gehad, en de tafel is soms gewoon het dak van de kar zelf. Maar hé – de ambiance wordt geleverd door brommers, roepende verkopers, en af en toe een verdwaalde kip die nieuwsgierig meeluistert.

Een kaki lima is kortom een plek waar je voor een paar muntjes een bord krijgt dat je maag blij maakt en je hart verwarmt – én waar je achteraf nog steeds niet precies weet wat je gegeten hebt, maar wel zeker weet dat je morgen terugkomt.